Zo nu en dan lichten we een tipje van de sluier over wat wij meemaken in de begeleiding van Young Professionals. In deze blog geven we je een unieke kijk in onze keuken. Ik neem je mee in een praktijkvoorbeeld waarin een deelnemer geconfronteerd wordt met haar ‘verantwoordelijke ik’.
We zitten in een tweedaagse persoonlijk leiderschapstraining. Het is dag twee. Deze dag staat in het teken van wie wil ik zijn als persoon en als professional? We starten deze ochtend met een loslaat ritueel, waarbij de deelnemers oude belemmerende overtuigingen mogen loslaten. De deelnemers krijgen de opdracht om dat wat ze willen loslaten op een A4 vel te schrijven. Daarna gaan we als groep naar buiten om hier ritueel afscheid van te nemen. De deelnemers lopen naar het water. De een verscheurt zijn A4 en gooit dit in het water, de ander vouwt er een bootje van en legt deze in het water en een derde vouwt het A4 op, kijkt ernaar en houdt het nog even bij zich. Het hele loslaat ritueel gebeurt in stilte. Ik zie aangeslagen en geëmotioneerde gezichten. Het vraagt ook nogal wat om iets wat je lang heeft gediend en beschermd opeens los te laten. Dat weet ik ook vanuit persoonlijke ervaring.
Bij terugkomst in de zaal vraag ik of er deelnemers zijn die wat willen delen over wat ze zojuist hebben ervaren. Een van de deelnemers, een vrouw geheel gekleed in het zwart met een vriendelijke glimlach kijkt me aan en zegt vervolgens: “Toen ik mijn A4tje in het water wilde gooien, zag ik pas hoe donker en zwart het water was. Ik kreeg er een naar gevoel bij en wilde het A4tje graag bij me houden. Het voelde niet goed om het in dat donkere en koude water te gooien. Ik heb het dus mee terug genomen”.
”Toen ik mijn A4tje in het water wilde gooien, zag ik pas hoe donker en zwart het water was. Ik kreeg er een naar gevoel bij en wilde het A4tje graag bij me houden. Het voelde niet goed om het in dat donkere en koude water te gooien. Ik heb het dus mee terug genomen
IK BEN VERANTWOORDELIJK
Ik vraag haar wat er op het blaadje staat wat ze wilde loslaten: IK BEN VERANTWOORDELIJK staat er met koeienletters op geschreven.Ik vraag haar: “Kun je iets meer vertellen over dat nare gevoel wat je kreeg toen je aan de waterrand stond. Welke gedachten en gevoelens gingen er door je heen?” Zij: “Ik dacht als ik dit loslaat val, ik in een zwart gat en dat riep enorme angst bij me op. Alsof ik iets kwijt raak en daarna verdrink. Ik realiseerde me dat deze overtuiging me ook helpt om te blijven drijven en mijn werk goed te doen. Mijn verantwoordelijkheidsgevoel wordt ook enorm gewaardeerd door mijn collega’s”.
Ik vraag haar waarom ze het dan toch initieel wilde loslaten. “Het put me ook uit”, zegt ze vermoeid, “ik vraag soms te veel van mezelf en anderhalf jaar geleden ben ik met een dubbele hernia thuis komen te zitten. Ik sta altijd voor anderen klaar, maar vergeet te vaak om naar mezelf te luisteren”. In mijn hoofd gaan alle radartjes aan. Ik probeer snel wat verbanden te leggen. Ik zet ook mijn voelsprieten aan en als ik in tune voel ik verdriet en zwaarte. Het valt me nu pas op dat ze ook helemaal in het zwart is gekleed. Dat geef ik ook terug aan haar: “Het valt me op dat je ook helemaal in het zwart gekleed bent”. Het lijkt erop dat die kleur zwart vandaag een thema is voor je. Ze reageert hier niet op. Een volgende deelnemer wil ook iets delen en we gaan door naar het volgende verhaal….
Inmiddels zijn we 2 uur verder in de training. We hebben net geluncht en starten met het middagprogramma. Ik start met de vraag: kan iedereen verder of is er nog iets nodig voordat je verder kunt in het programma?
HET ZWARTE GAT
De mevrouw in het zwart wil iets zeggen, maar slikt direct haar antwoord in. Ik nodig haar uit: “Wat wil je zeggen?” Ze glimlacht en zegt “nee, niks laat maar”. Ik krijg de indruk dat hier iets belangrijks wordt achter gehouden. Ik nodig haar uit om toch maar gewoon op tafel te leggen wat ze
zojuist inslikte. Het hoge woord komt eruit. Het liefst zou ik willen dat deze training nu klaar is, zegt ze. Ik kijk haar aan en ik ben benieuwd waarom ze dit zegt. “Ik ben net in de pauze even langs mijn werkplek gelopen”, zegt ze en “ik zie mijn medewerkers allemaal gestresst heen en weer lopen. We hebben te weinig capaciteit op dit moment en het lijkt wel een grote chaos. Ik ben daar hard nodig op dit moment. Als ik dat zie, dan kan ik hier niet meer rustig zitten en ben ik met mijn hoofd al bij mijn werk en team”.
Ik reageer met: “Ik ben blij dat je dit zegt, want nu kan ik jouw reactie beter plaatsen. En ik begrijp ook heel goed dat het niet fijn is om te zien dat je medewerkers gestresst rondlopen en dat het een puinhoop lijkt te worden op de werkvloer. Dan zou ik hier ook niet lekker zitten.”
We hebben die ochtend met deelpersoonlijkheden gewerkt. Alle deelnemers hebben hun eigen bus getekend die metafoor staat voor hun eigen persoonlijkheid met daarin allemaal deelpersoonlijkheid. Als ik kijk naar haar bus, dan zie ik de perfectionist en de verantwoordelijke vooraan in haar bus zitten. Deze zijn dus ook dominant aanwezig in haar professionele rol. Het lijkt erop alsof de verantwoordelijke op dit moment bij haar aan het stuur is gaan zitten.
Ik vraag haar:’Wie zit er op dit moment bij je aan het stuur?’ Ze kijkt even naar eigen bus en ze zegt: ‘De verantwoordelijke, ik voel me op dit moment verantwoordelijk, maar ik zit hier en ik kan niks doen’. Ik vraag haar: ‘Wiens probleem is dit eigenlijk? Direct zegt ze: ‘Dat is mijn probleem’. ‘Wie zegt dit op dit moment in jou?’, Vraag ik. De verantwoordelijke zegt ze. Vanuit de groep komt er een reactie. Dit is helemaal niet jouw probleem, dit is het probleem van jouw
leidinggevende. Die weet toch dat jij hier zit, die moet dit capaciteitsprobleem oplossen als jij er niet bent. Ze zegt dat ze dit wel snapt, maar ze heeft al diverse keren ervaren dat als ze aangeeft dat het te druk is of er extra handen nodig zijn, dat ze dan niet gehoord voelt en dat ze het toch zelf maar moet oplossen.
NIET GEHOORD WORDEN
Ik vraag aan haar: ‘Hoe is het om niet gehoord te worden? Dan voel ik me in de steek gelaten’. ‘En hoe voelt dat?, vraag ik. ‘Naar en donker’, zegt ze. ‘Dat is hetzelfde gevoel wat het loslaten van je overtuiging vanmorgen ook opriep’, zeg ik. Iets in mij zegt dat het thema van in de steek gelaten worden een belangrijk levensthema voor haar is. Ik vraag: ‘Waar heb je dit gevoel eerder mee gemaakt dat je in de steek werd gelaten? Welk beeld roept dit bij je op?’
‘Het beeld van mijn vader’, zegt ze. ‘Die is plotseling overleden toen ik eind twintig was’. En de tranen springen in haar ogen. ‘Ik heb me toen zo verlaten en in de steek gelaten gevoeld. Maar ik durfde ook niet echt aan dit gevoel toe te geven. Als reactie daarop heb ik me sterk
opgesteld en heb ik de zorg voor mijn moeder op me genomen. Daar voelde ik me verantwoordelijk voor, nu mijn vader dat niet meer kon doen. Ik was bang dat zij anders in een zwart gat zou belanden en dat wilde ik haar niet aandoen’.
‘Dus je hebt daarin de plek van je vader overgenomen?’, vraag ik. ‘Ja’, zegt ze en inmiddels stromen de tranen over haar wangen. ‘Iemand moet het toch doen, ik kan haar niet laten vallen’. Ineens leg ik de relatie tussen het zwarte gat, het gevoel van in de steek gelaten te worden en de verantwoordelijke als deelpersoonlijkheid. ‘Kun je zien dat je datzelfde patroon van zorgen voor een ander en je verantwoordelijk voelen voor de ander ook in het werk herhaalt? En dat dit patroon op dit moment ook actief is?
Ineens wordt het patroon glashelder voor haar. Het idee dat ze niet kan rekenen op haar leidinggevende roept dezelfde gevoelens van angst en verdriet op als destijds bij het plotselinge overlijden van haar vader. En omdat ze dit liever niet wil voelen, gaat ze hard werken en de verantwoordelijkheid nemen om de boel te redden onder aanvoering van haar perfectionist en verantwoordelijke.
Opnieuw vraag ik aan haar: ‘wat zou je op dit moment het liefste willen?’ ‘Hier blijven’, zegt ze, ‘bij deze groep in deze training dat voelt toch beter. Hier voel ik me gezien en gesteund’.
We gaan door met het programma. De deelnemers mogen elkaar in duo’s coachen op hun persoonlijk leiderschapsvraag tijdens een coachwandeling. De mevrouw in kwestie wil graag leren hoe ze de verantwoordelijkheid daar kan laten waar hij ook hoort. In dit geval dus bij
haar leidinggevende en/of team. Na een uur komen de duo’s terug van hun coachwandeling. Ik bespeur een grote glimlach op het gezicht van de betreffende dame. Ik geef terug wat ik zie en ze zegt: ‘Je raadt nooit wat er zojuist is gebeurd. Toen ik net langs mijn afdeling liep, zag
ik mijn leidinggevende op mijn stoel zitten en zag ik dat mijn teamleden veel relaxter rondliepen. Ik was totaal verbaasd zei ze, dat mijn leidinggevende mijn rol heeft overgenomen in mijn afwezigheid, maar wat heerlijk is dat om te zien’.
‘Wat een fantastische leerervaring’, roep ik enthousiast. Juist door hier te blijven in de training lost het probleem zich vanzelf op. Andere mensen springen dus wel in het zwarte gat als jij er niet meer voor gaat staan. En daarmee komt de verantwoordelijkheid precies daar te
liggen waar deze hoort.
Training geslaagd!